Circulair diervoeder

Zowel vanuit Brussel als vanuit Den Haag wordt fors ingezet op de Green Deal, de Farm to Fork strategie en Kringlooplandbouw. De diervoederindustrie neemt haar verantwoordelijkheid en levert een wezenlijke bijdrage aan het verlagen van de ecologische voetafdruk van ons voedsel en het meer circulair maken van het voedselsysteem. Hoe doen we dat?

Doelen

De Nevedi-leden zetten zich in om kringlopen steeds beter te sluiten. Dat kan door nog meer gebruik te maken van rest- en nevenstromen uit landbouw en levensmiddelenindustrie. Via de voeding van de dieren worden producten die wij mensen niet kunnen of willen eten op deze manier omgezet in hoogwaardige levensmiddelen (vlees, zuivel, eieren).

Ook de toelating van verwerkte dierlijke eiwitten en insecten in diervoeder draagt bij aan het sluiten van de kringloop. Hoogwaardige nutriënten vinden zo hun weg in de diervoeder. Insecten kunnen bovendien gekweekt worden op substraten die niet rechtstreeks verwerkt kunnen worden in diervoeders.

Maatschappelijke uitdaging

Voedselverspilling is een groot probleem. De gemiddelde Nederlander gooit elk jaar ongeveer 100 kilo goed voedsel weg. Kortom, in Nederland bereikt jaarlijks 2 miljard kilo voedsel nooit onze maag. Het gaat daarbij vooral om gewasresten die op het land achterblijven, nevenstromen uit de levensmiddelenproductieketen en retourstromen uit levensmiddelenproductie en supermarkten. Maar ook alles wat wij als consument weggooien bij het GFT valt hieronder. Veel van deze rest- en nevenstromen gebruiken we voor diervoeders. De volgende stap is om ook gebruikt keukenafval, bijvoorbeeld van ziekenhuizen en grote cateraars, geschikt te maken hiervoor. Als we dit ook kunnen inzamelen, bewerken en om kunnen zetten tot veilige en gezonde diervoeders, maken we een flinke stap vooruit in het voorkomen van voedselverspilling. De grote uitdaging hierin is hoe je kunt borgen dat bereid voedsel geen gevaarlijke bacteriën bevat. Ook moet het toelaatbaar zijn binnen de bestaande wet- en regelgeving op het gebied van voedselveiligheid.

CO2-voetafdruk

Wat van dichtbij komt, is goed. Zo wordt vaak geredeneerd. Bij Nevedi kijken we echter liever onderaan de streep. Bij het vaststellen van de CO2 voetafdruk gaat het dus niet alleen om vervoerkilometers. Ook het gebruik van kunstmest, bestrijdingsmiddelen, energie en water bepaalt hoe duurzaam een grondstof is. Ook het landgebruik, oftewel de opbrengst per hectare is belangrijk. Eén hectare levert in Brazilië bijvoorbeeld 4 ton soja op en in ons Nederlandse klimaat slechts 2 ton. Om dezelfde hoeveelheid soja te telen is in Europa dus twee keer zo veel land nodig als in Zuid-Amerika!

Bij de inkoop van grondstoffen nemen wij alles in overweging, zodat de milieu-impact per saldo het laagst is. Uitdaging hierin is dat we dit aantoonbaar kunnen maken voor alle grondstoffen die we als diervoedersector gebruiken. Daarbij is het van belang dat we binnen de hele voedselketen rekenen met dezelfde methodiek en toegang krijgen tot de juiste data, wereldwijd. Met de Kringlooptoets en GFLI (Global Feed LCA Institute) wordt hier hard aan gewerkt.

Samenwerking

Nevedi is aangesloten bij de stichting Samen Tegen Voedselverspilling. Deze stichting wil de voedselverspilling in 2030 met de helft verminderen. Dit houdt waardevolle nutriënten in de keten en levert een grote bijdrage aan vermindering van de uitstoot van broeikasgassen in de agrifoodketen.

Verschillende Nevedi-leden zijn partner in het programma Circulaire Bio-economie.In dit programma werken dertien bedrijven en kennisinstellingen samen. Zij zetten zich in voor een duurzaam en veilig hergebruik van co-producten en reststromen en optimaal gebruik van grondstoffen.

Nevedi participeert in de non-profitorganisatie GFLI. Deze organisatie brengt de hele ‘levenscyclus’ van alle diervoedergrondstoffen wereldwijd in kaart (life cycle analysis). Met behulp van deze gegevens kunnen vervolgens betrouwbare uitspraken worden gedaan over de ecologische voetafdruk van diervoer. Nevedi ‘vertaalt’ de data van het GFLI voor de Nederlandse situatie. We berekenen bijvoorbeeld de carbon footprint van de tarwe die we in Nederland gebruiken in diervoeders. Zo kunnen de Nevedi-leden voeders samenstellen met de laagste milieu-impact, door te ‘spelen’ met de grondstoffensamenstelling.

Ambities

Samenvattend heeft Nevedi de ambitie om de koolstofvoetafdruk van diervoeders te verlagen en om het aandeel nevenstromen in diervoeders te vergroten. Ook willen we het gebruik van grondstoffen die ook in de humane voeding gebruikt kunnen worden terugdringen.

In 2024 gaat Nevedi deze ambities concreet maken, in afstemming met de ketenpartners binnen het project Duurzaam Diervoeder 2030. Dat betekent dat de ambities worden vertaald in kwantitatieve doelstellingen.

Nieuws

Update Project Duurzaam Diervoeder 2030

Het project Duurzaam Diervoeder 2030 richt zich op vier duurzaamheidsthema’s klimaat, biodiversiteit, circulariteit en Europese herkomst. Voor al deze duurzaamheidsthema’s zijn nu KPI’s ontwikkeld, waarmee we de bijdrage van diervoeder…

Continue reading

Project Duurzaam Diervoeder 2030: zorgvuldigheid voorop

Het project Duurzaam Diervoeder 2030 gaat gestaag voort. Het werken aan data en het maken van afspraken met diverse ketenpartijen vergen zorgvuldigheid om samen tot goede, duurzame resultaten te kunnen…

Continue reading

Symposium Ongebruikte reststromen

Er is nog een wereld te winnen als het gaat om het benutten van ongebruikte reststromen voor veilige diervoeders. Deze mening werd duidelijk gedeeld door de ruim 200 deelnemers die…

Continue reading

Deel deze pagina

Scroll naar boven